Mijn naam is Karel Kuyvenhoven, ik ben 79 jaar en getrouwd met Tiny. We hebben 4 getrouwde kinderen en 11 kleinkinderen, waarvan er 3 getrouwd zijn. Er zijn ook 3 achterkleinkinderen. Op 17 september 1939 ben ik gedoopt en sinds 29 maart 1959 belijdend lid.
Ik ben al van af mijn geboorte lid van de kerk, eerst als dooplid en later als belijdend lid. Dat is gegaan zoals het met velen ging van mijn generatie. Eigenlijk ging dat als vanzelf. Door met allerlei activiteiten binnen het kerkelijk verband mee te doen voelde ik mij wel echt betrokken. Naar mate ik ouder wordt neemt de betrokkenheid alleen maar toe, dat komt mede door het besef : “de kerk dat zijn wij zelf, als gemeenteleden”.
Waar zou de kerk zijn zonder (actieve) leden?
De grote waarde van het lid zijn van de kerk bestaat voor mij vooral uit het feit dat er geen organisatie, op politiek-, cultureel- of noem maar op- terrein bestaat waar je samen met medeleden zo bezig bent met de vraag naar de zin van het leven als in de kerk. Daarbij zijn we als kerk ook bezig met het zoeken naar hoe je op een zinvolle manier het samen leven kan invullen.
Bezig zijn met de vraag: “Hebben we ook een opdracht voor ons leven en wat is die opdracht dan?” Door de kerk leren we om onze weg bij de grote levensvragen te zoeken door ons te laten leiden door wat er in de bijbel aan wijsheid te vinden is.
De zondagse kerkdiensten zijn voor mij heel waardevol. Daar ervaar ik het 'gemeente zijn' met mijn mede gemeenteleden door het samen bidden, zingen en het luisteren naar uitleg van bijbelteksten.
De kerk wordt gevormd door een gemeenschap, als lid daarvan ervaar ik veel warmte bij mooie maar ook bij moeilijke dingen.